Tortoise wisselaandrijving
De keuze voor een wisselaandrijving was voor mij gemakkelijk, ik gebruik al meer dan twintig jaar Tortoise aandrijvingen. Deze hebben een langzaam draaiende en stille motor die altijd onder spanning blijft staan. Spanning ompolen betekent wissel omzetten. Deze aandrijvingen van Amerikaans makelij zijn echt onverwoestbaar.
De motor kan het beste recht onder het wissel geplaatst worden. Maar als daar geen ruimte voor is gebruik ik een kunststof profieltje om de beweging van de steldraad naar de wisseltongen over te brengen. Hier is een Tortoise op die wijze gemonteerd bij een Peco wissel.
De Tortoise heeft een heel belangrijke eigenschap: De schakelaars gaan niet direct om. Tijdens het omgaan van de tongbeweging staat de schakelaar in een "uit-stand". De wisselmotor is daarom heel geschikt voor het schakelen van wissels waarbij de tongbeweging met het puntstuk verbonden is. De polariteit van puntstuk en tongbeweging wordt door de schakelaar omgezet.
Zowel de Peco als ook de Bemo code 70 wissels hebben een tongbeweging die niet geïsoleerd met het puntstuk verbonden is. De Tortoise geeft daarbij geen probleem als de aandrijving centraal onder de tongbeweging gemonteerd is.
Het kunststof profieltje dat ik gebruik om de aandrijving naast het wissel te monteren heeft een gaatje voor de steldraad en een pennetje voor in de tongbeweging.
Het kunsstof kokerprofiel laat ik glijden in een kunststof U profiel.
De wisselaandrijvingen hebben geen eigen decoder. Voor een digitale aansturing moet een externe schakeldecoder aangesloten worden.
Op het schema (aanklikken om alle tekst te kunnen lezen) is te zien hoe de Tortoise moet worden aangesloten. Ik monteerde de decoder ergens in de buurt van de wisselaandrijvingen, om de hoeveelheid draden te beperken. Elke decoder schakelt vier wissels.
De wisselmotoren waren slechts bij enkele handelaren verkrijgbaar. Ik heb ze al eens zelf besteld in Amerika. Voor de bouw van deze modelbaan kon ik terecht bij Wentink in Arnhem
Pagina bijgewerkt op 4-7-2020